- Bespreek de verschillende vormen van abstractie in de periode 1900-interbellum en de periode 1945-1960. Doe dit aan de hand van telkens 3 kunstwerken per periode, telkens uit verschillende kunststromingen en van verschillende kunstenaars.
- Bespreek en vergelijk 2 kunstwerken.
Vb 1. Woman I van De Kooning en Les demoiselles d’Avignon van Picasso
Vb 2. Laatste Avondmaal van Emil Nolde en Bespotting van Christus Georg Baselitz - Identificeer 5 kunstwerken: Bv. De executie van keizer Maximiliaan van Manet, Monogram van Rauschenberg, Right after van Hesse, Straatlicht van Balla, De melancholie en het mysterie van de straat van De Chirico
- Bespreek de relatie tussen de beeldende kunsten en de architectuur in Bauhaus en in het Russische constructivisme.
- Wat is ‘shaped canvas’?
- 3 stromingen uit New York vergelijken met gelijktijdige stromingen in Europa.
- Uitleggen: neo-plasticisme en arte povera
- Herkennen: Groen stilleven van Picasso, Grote bourgeois vuilbak van Arman, Maturiteit van Claudel
- Term verklaren in 3 zinnen: daguerrotypie & objet trouvé
- Geef 2 kunstenaars per stroming (en 1 kunstwerk per kunstenaar) die als voorlopers van de pop art, minimal art en concept art kunnen beschouwd worden. Dus in totaal 6 verschillende kunstwerken benoemen & goed beargumenteren. Leg het belang uit van deze stromingen voor de 20ste en 21ste eeuwse kunst.
Architectuur:
- Vergelijk le Corbusier met Nieuwe Zakelijkheid.
- Verklaar het oeuvre van Mies van der Rohe, haal zeker enkele sleutelwerken aan.